Archeologie en kwaliteit van leven: tijd als vluchtig gegeven

Cultureel erfgoed kunnen we op een aantal manieren inzetten voor sociale doeleinden. Zo hebben we de mogelijkheid om een gevoel van welzijn en kwaliteit van leven bij mensen met gezondheidsproblemen te vergroten. In het bijzonder bij mensen met dementie kunnen wij archeologen een verschil maken. Kunnen archeologen die voorbij vliegende tijd op een mooie manier voorzien van herinneringen uit voorbije tijden en nog mooier maken door bij te dragen aan nieuwe herinneringen?

Langzaam maar zeker beginnen we wat dieper in het potentieel van archeologie als gereedschap bij sociaal maatschappelijke vraagstukken te komen. En nu jullie er misschien steeds een beetje meer voor open staan, wil ik jullie heel graag meenemen in een onverwacht gebied, naar een onverwachte stakeholder: onze dementerende medemens. Ik besef dat dit voor sommige archeologen heel ‘ver van mijn bed’ is en voor anderen dichtbij huis kan komen. We worden met z’n allen steeds ouder en dat komt, zoals het spreekwoord zegt, met gebreken. Eén van die ‘gebreken’ is dementie. Dit is de (verzamel)naam voor een combinatie van symptomen, waarbij de hersenen informatie niet meer goed kunnen verwerken. Dit kan een enorme impact op het gevoel van welbevinden hebben. De subjectieve kwaliteit van leven holt achteruit, terwijl dit misschien niet nodig is. De persoon heeft dementie, maar zijn of haar leven hoeft daardoor niet ineens zinloos of inhoudsloos te zijn.

Dementie
Uit onderzoek van de Alzheimer Society in Engeland blijkt dat 70% van de mensen met dementie door gebrek aan zelfvertrouwen stopt met activiteiten, 40% nauwelijks nog de deur uit komt en dat 48% van de mantelzorgers zich zwaar belast voelt. In de praktijk wordt het vragen om hulp vaak uitgesteld. Slechts 5% (cijfers van het Centrum Indicatiestelling Zorg; peildatum 2013) van de mensen met dementie in Nederland maakt gebruik van geïndiceerde dagbesteding. Uit onderzoek blijkt echter dat veel mensen met dementie juist behoefte hebben aan zinvolle dagactiviteiten. Activiteiten geven structuur aan de dag en bieden afleiding van alle chaos in het hoofd. Regelmatig bezig zijn houdt de hersenen actief en het lichaam gezond.

Mogelijke verklaringen die Alzheimer Nederland heeft aangedragen voor het lage gebruik van dagbesteding zijn weerstand bij de persoon met dementie, schuldgevoelens van de mantelzorger en het niet aansluiten van de voorziening bij de individuele behoefte en voorkeuren van mensen. Door samen met hen activiteiten uit te zoeken die passen bij wat ze kunnen maar vooral ook willen doen, kan het leven zin en kleur behouden. Naast bestaande dagvoorzieningen moeten alternatieve vormen beschikbaar komen, zodat de zorg beter kan inspelen op de gevarieerde behoeften van mensen met dementie. Hier kan volgens mij archeologie een rol van betekenis hebben.

Heritage in ziekenhuizen
University College Londen heeft het ‘Heritage in ziekenhuizen’ project geïnitieerd. Hierin is een programma ontwikkeld waarin verschillende assemblages van museale objecten zijn geïntroduceerd aan patiënten in verschillende zorginstellingen in zogenaamde ‘object – handling sessies’. Het bleek dat in diverse zorginstellingen de fysieke interactie met de museale voorwerpen bijdroegen aan de verbetering van een gevoel van welbevinden. Zowel verwondering en fascinatie door het contact met de museale voorwerpen (deels uit archeologische collecties) en een hoge mate van betrokkenheid waren oorzaak van de verhoogde subjectieve kwaliteit van leven.

Lilla Vonk (RMA, UL) heeft eveneens onderzoek gedaan naar de potentiële effecten op welzijn bij het in contact komen met de archeologie. Zij richtte zich op actieve betrokkenheid van het publiek met dementie. Haar onderzoek beoordeelt interventies door erfgoedinzet en archeologie- inzet bij gezondheidszorg. De theorie van dit onderzoek is ingebed in bestaande relevante therapieën in het kader van dementie en persoonsgerichte zorg bij dementie. De ideeën zijn getest in een kleinschalig quasi-experimentele interventie. De activiteit heeft de meeste impact als het zinnig is. Het uitvoeren van de activiteit moet daadwerkelijk iets toevoegen. De patiënt wil iets ‘echts’ bijdragen en niet gewoon maar bezig zijn om iets te doen te hebben. Ze concludeert dat een actieve betrokkenheid bij archeologie een hoog niveau van engagement kan faciliteren en de deelnemers die fysiek contact maken met archeologie kunnen dit beleven als een kwalitatief waardevol moment. Dit wijst wederom op een positieve invloed op het gevoel van welzijn.

In het actief en betekenisvol betrekken van patiënten bij de archeologische praktijk en op het contact met authentieke archeologische artefacten blijkt een toegevoegde waarde te liggen. Wat houdt archeologen nog tegen om dit sprankje hoop aan te wakkeren? Die vluchtige tijd waar archeologen zich zo bewust van zijn zo aangenaam mogelijk te maken voor deze groep in onze maatschappij, waar we zelf vroeg of laat deel van kunnen uitmaken?

The following two tabs change content below.

Marloes Van der Sommen

Marloes van der Sommen is een goed opgeleid archeoloog met ervaring binnen diverse takken van het archeologisch bestel en een honger naar kennis over aangrenzende disciplines. Alles wat ‘dieper’ gaat dan hetgeen we opgraven, heeft haar interesse.Ze zet zich in voor de draagvlakverbreding van haar vak en bouwt bruggen zowel binnen als buiten de archeologie.

Laatste berichten van Marloes Van der Sommen (toon alles)