
Er komt een opgraving om stoffelijke resten te vinden van Johan van Oldenbarnevelt, de raadspensionaris die in 1619 op het Binnenhof werd onthoofd. Het is niet uitgesloten dat er nog skeletresten van hem liggen in de grafkelder onder de vloer van de Eerste Kamer, schrijft minister Van Engelshoven van Cultuur in een brief.
De kans is klein dat Van Oldenbarnevelt wordt gevonden, waarschuwt Van Engelshoven. “De wetenschappelijke en maatschappelijke betekenis van deze plek is echter dusdanig groot dat we toch kiezen voor een uitvoering van een opgraving.” (Bron: NOS)
Heeft het nut?
In 2015 stelde Ronald van Raak van de SP voor om de grafkelder onder de voormalige hofkapel te openen om te zien of daar het lichaam en de schedel van Van Oldenbarnevelt zouden liggen. Maar het kabinet twijfelde over het nut van het onderzoek.
Haagse archeologen waren niet meteen enthousiast, omdat het onwaarschijnlijk is of het complete lichaam er nog wel ligt. In die tijd was het gebruikelijk om allerlei lichaamsdelen, zoals hoofd en hart, op verschillende plekken te begraven.

Politisering van wetenschap
Jona Lendering schreef een kritisch stuk in zijn Mainzer Beobachter. Lendering: “Het plan van Van Raak dient geen wetenschappelijk doel. Het suggereert dat de politiek niet goed begrijpt dat archeologie en geschiedenis wetenschappen zijn en dat die niet gepolitiseerd mogen raken. Het streven naar objectiviteit is voor archeologen en historici al moeilijk genoeg zonder dat politici advies komen geven. Een Kamerlid dient deze onafhankelijkheid van de archeologie dan ook te respecteren.”
Verbouwing Binnenhof
In 2018 werd het idee weer ter tafel gebracht. De NOS meldde dat er mogelijk toch gezocht zou gaan worden naar de resten van Van Oldenbarnevelt tijdens de verbouwing van de Eerste en Tweede Kamer. Dat is nu dus in gang gezet.

Ik snap niets van de reactie van Jonah Lenderink. Wat is er op tegen om onderzoek te doen naar de overblijfselen van J. Van Oldebarneveld?