Negen nieuwe toevoegingen aan Immaterieel Erfgoed Nederland 

CC-BY-2.0

De 215e toevoeging aan de Inventaris Immaterieel Erfgoed Nederland is bekendgemaakt: Gregoriaans zingen, stilte en beroering door Karolus Magnus. Op afgelopen zaterdag werd het certificaat officieel ondertekend. Daarnaast worden ook de Demoscene, de Twentse Krentenwegge, Keti Koti, de Rouw- en helingsrituelen van de Ndyuka, de Amateurtuinen in Alkmaar, het Melkbusschieten in Kampen, Broderie d’art en de Heerlijkheid Sinoutskerke en Baarsdorp toegevoegd aan de Inventaris. 

Met deze nieuwe toevoegingen bevat de Inventaris Immaterieel Erfgoed Nederland nu 215 vormen van immaterieel erfgoed, waaronder ambachten, feesten en sociale praktijken. Het opnemen in de Inventaris is een middel om beoefenaars te ondersteunen bij het levend houden van hun immaterieel erfgoed. Door opname in de Inventaris tonen gemeenschappen hun inzet voor het behoud van immaterieel erfgoed en werken ze aan de zichtbaarheid ervan. 

Karolus Magnus zingt Gregoriaanse gezangen 

Gregoriaanse gezangen zijn gezongen teksten die worden gekenmerkt door eenstemmigheid en meestal zonder instrumentale begeleiding worden uitgevoerd. Het gregoriaanse koor Karolus Magnus uit Nijmegen, die deze voordracht heeft ingediend, zingt de gregoriaanse gezangen in kerken, maar ook buiten liturgische context. Door op zoek te gaan naar nieuwe betekenissen voor het repertoire dragen ze bij aan de dynamiek van dit erfgoed. Zo hebben ze onder andere gezongen bij de koortsboom bij de Walrickkapel in Overasselt en hebben ze optredens verzorgd waarbij ze liederen zongen in de context van de oorlog in Oekraïne. 

Demoscene erkend als immaterieel erfgoed 

In de demoscene creëren beoefenaars live verschillende korte geanimeerde filmpjes, al dan niet begeleid door muziek. Deze producties worden gemaakt en vertoond tijdens demoparty’s, waar ze worden beoordeeld op basis van vooraf bepaalde criteria. De demoscene is ontstaan in de beginperiode van computerspellen en -programma’s en was oorspronkelijk gericht op het kraken van beveiligingscodes van fabrikanten. Illegaal hacken maakt echter geen deel meer uit van deze gemeenschap, die een informele structuur kent zonder duidelijke hiërarchie. 

Twentse Krentenwegge 

De voordracht voor de Twentse krentenwegge omvat zowel het ambachtelijke proces van het bereiden van de krentenwegge als de bijbehorende tradities. Bakkerij Schabbink uit Saasveld, een van de laatste bakkerijen die de krentenwegge nog op ambachtelijke wijze bereiden, heeft deze voordracht ingediend. Onderdeel van de beoogde borging is het betrekken van andere ambachtelijke bakkers in Twente bij het immaterieel erfgoed. De Twentse krentenwegge speelt een belangrijke rol in het sociale leven en heeft ook culturele, toeristische en overheidsbetekenis in de regio Twente. 

Rouw- en helingsrituelen van de Ndyuka 

De Ndyuka vormen een Marrongemeenschap waarbinnen rouw- en helingsrituelen plaatsvinden na het overlijden van een dierbare, die voortduren gedurende de rouwperiode. Aangezien sommige van deze rituelen oorspronkelijk wel een half jaar konden duren, zijn ze aangepast aan de situatie in Nederland. De Stichting Ma-Jong heeft de voordracht gedaan voor de afscheidsrituelen van de Ndyuka. Deze stichting richt zich op het bevorderen van de Ndyukacultuur op verschillende gebieden in de maatschappij en tijdens verschillende levensfasen van mensen. 

Amateurtuinen in Alkmaar 

De Federatie van Alkmaarse amateurtuinverenigingen heeft de voordracht gedaan voor de Amateurtuinen in Alkmaar. Deze federatie is een samenwerkingsverband van de elf amateurtuinverenigingen in Alkmaar en fungeert als gesprekspartner namens hen richting de gemeente. Belangrijke aspecten in deze voordracht zijn de sociale samenhang en kennisoverdracht die gepaard gaan met tuinieren op volkstuincomplexen. Milieubewustzijn speelt een grote rol bij het tuinieren, waarbij veel van de aangesloten tuinen een verbod hebben op het gebruik van chemisch-synthetische gewasbestrijdingsmiddelen. 

Keti Koti 

Keti Koti, wat “gebroken ketenen” betekent, herdenkt en viert op 1 juli de afschaffing van de slavernij. De voordracht is gedaan door NiNsee, die in Amsterdam onder andere de nationale herdenking en viering organiseert. De herdenking omvat toespraken, traditionele plengoffers, zang, twee minuten stilte, het spelen van de taptoe en het hijsen van de Surinaamse vlag, de vlaggen van de zes Caribische eilanden en de Nederlandse vlag. Vervolgens leggen verschillende overheden, vertegenwoordigers en betrokken organisaties kransen. De viering bestaat uit muziek, zang, dansvoorstellingen, debatten, lezingen en een culinaire braderie. Ook in ongeveer twintig andere gemeenten in Nederland wordt Keti Koti actief herdacht en gevierd. Keti Koti is sinds 2020 ook opgenomen in de Canon van Nederland. 

Carbidschieten  

In Kampen wordt tijdens de jaarwisseling in de bebouwde kom het carbidschieten beoefend met melkbussen voorzien van een verzwaarde deksel. Het Schuttersgilde Kampen heeft de voordracht gedaan en is speciaal opgericht om het melkbusschieten te waarborgen, met de nadruk op veiligheid. Het gilde onderhoudt nauwe contacten met zowel de gemeente als de bewoners van de locaties waar geschoten wordt. Het melkbusschieten vindt zijn oorsprong in de volkswijk Brunnepe, waar vroeger veel voormalige inwoners van het eiland Schokland woonden. 

Broderie d’art 

Broderie d’art omvat een breed scala aan borduurtechnieken die worden toegepast in de haute couture. Opvallende technieken zijn onder andere het borduren met de lunevillenaald, goudborduurwerk, reliëfborduurwerk en verschillende freestyle technieken. Bij het borduren met de lunevillenaald wordt de stof opgespannen op een borduurraam, waarna kralen en pailletten relatief snel worden aangebracht. Nadat de stof versierd is, wordt deze verwerkt tot bijvoorbeeld kleding. Monique van Munster, een borduurster, heeft de voordracht gedaan en deelt haar kennis zowel via workshops als digitale platforms. 

Heerlijkheid Sinoutskerke en Baarsdorp 

Een heerlijkheid was in de middeleeuwen de voorloper van moderne overheidsorganen zoals gemeenten. Het betrof particuliere landgoederen die werden bestuurd door een heer die het recht op overheidsgezag bezat. Sommige oude zakelijke rechten verbonden aan heerlijkheden hebben de tand des tijds doorstaan. Voorbeelden hiervan zijn het periodiek laten weiden van schapen langs dijken en bermen (grassetting), het verplaatsen van schapen naar en van weidegebieden (schapendrift) en het recht om bomen te planten. Vrijwilligers afkomstig uit de bewoners van Sinoutskerke en Baarsdorp zijn betrokken bij het uitvoeren van deze gebruiken. 

De Inventaris Immaterieel Erfgoed Nederland bestaat uit levend en dynamisch erfgoed dat van generatie op generatie wordt doorgegeven en in overeenstemming is met de Nederlandse wet en de mensenrechten. De beoefenaars bepalen zelf wat hun erfgoed is, en de opname ervan in de inventaris betekent niet dat professionals het erfgoed goedkeuren of dat UNESCO het beschermt.