
Door: Bina Ayar / Bina Media
Dat molens en stoomgemalen onderdeel zijn van waardevol waterschapserfgoed staat vast. Het besef dat dieselgemalen in dit rijtje thuishoren, groeit. Zeker nu deze generatie gemalen in rap tempo verdwijnt. Dat vernieuwing niet ten koste hoeft te gaan van cultuurhistorie toont de renovatie van het unieke boezemgemaal mr P.A. Pijnacker Hordijk aan Schielands Hoge Zeedijk in Gouda. De bejaarde schoonheid begint niet alleen aan zijn tweede leven, hij mag ook één dieselmotor houden.
Wie het gebouw van boezemgemaal Pijnacker Hordijk uit 1935 binnenloopt, valt even stil. Dat het bouwwerk van architect Bernard Buurman een topschat is, is al van buiten zichtbaar. Het zakelijk-expressionistische rijksmonument verheft het Goudse landschap. Eenmaal in het imposante gebouw met hoge stalen ramen zien we meer schatten. Drie blauwe ‘paddenstoelen’ met pal ernaast de dieselmotoren van Stork-Werkspoor vertellen over tachtig jaar pompen met stoere machines uit de Hollandse motorindustrie. Het gebouw blijkt ook de trotse bezitter van de eerste betonnen slakkenhuizen. De armen en benen van de apparaten houden zich stil, maar dat ze liever draaien op diesel is bijna voelbaar.
De architectuur, aandrijving en het opvoerwerktuig van het gemaal zijn uniek. Pijnacker Hordijk genoemd naar een voormalige dijkgraaf, is ook het enige van vier gemalen in Rijnlands boezemgebied dat naast water uitlaten op de Hollandsche IJssel, zo nodig zoet water inlaat. Daarmee is het kunstwerk van groot belang voor de waterhuishouding in het gebied.
Hoe waardevol het gemaal ook mag zijn, op tachtigjarige leeftijd is de techniek aan vervanging toe. Zoals dit bouwwerk ooit in de plaats kwam voor een stoomgemaal uit 1856, moet de dieselaandrijving nu ruimte maken voor elektrisch aangedreven motoren. Want die kunnen geautomatiseerd worden. Dat is minder arbeidsintensief, beter voor het milieu en de veiligheid. De maalcapaciteit gaat ook omhoog. Het bouwwerk kan na de renovatie in 75 seconden een heel Olympisch zwembad leegpompen. Ondertussen kunnen vissen dankzij een vispassage ongehinderd naar binnen en buiten zwemmen.
Pijnacker Hordijk is niet het enige gemaal dat in naam van milieu, veiligheid en andere tijdseisen zijn dieselmotoren moet stilleggen. Elke week verdwijnt er wel een dieselgemaal uit het waterschapslandschap. De Nederlandse Gemalen Stichting maakt zich daarom sterk voor het behoud van enkele representatieve dieselgemalen. Net zoals er van de 750 stoomgemalen uiteindelijk zo’n tien over zijn, moet een zelfde aantal gemalen uit het tijdperk ‘tussen stoom en stroom’, waar mogelijk, behouden blijven, vindt de stichting.
Gelukkig denkt Rijnland er net zo over. En gelukkig leent de betonnen constructie van Pijnacker Hordijk zich voor vernieuwing. Twee van de drie prachtige dieselmotoren van het gemaal worden vervangen, maar de achterste motor blijft mooi staan. Er komt zelfs een extra voorziening tussen de nieuwe elektropomp en de dieselmotor. Die kan zo tijdens open dagen draaien voor publiek. Het gemaal verliest iets, maar krijgt ook veel terug. Oude elementen worden in de oorspronkelijke staat hersteld en de werkplaats blijft behouden als educatieruimte. Buiten komen nieuwe geautomatiseerde schuiven vóór de oude, zodat in één oogopslag het oude en het nieuwe malen aanschouwd kan worden.
Wie het gebouw binnenloopt, ziet hightech bemaling in een wonderschoon gebouw uit de jaren dertig. Helemaal achterin staat dan nog steeds de dieselmotor. Als vertegenwoordiger van een generatie motoren die tachtig jaar lang het gebied droog hielden. Tijdens het Interbellum, de Tweede Wereldoorlog en de Koude Oorlog. Vooral in de Koude Oorlog want toen moest het plaatsen van dieselgemalen en de uitbreiding van olievoorraden ons beschermen tegen vijandige elektriciteitsuitvallen. En straks is het nog altijd draaiende gemaal ook een getuige van onze tijd.
Het gemaal op leeftijd begint aan zijn tweede leven. Met gloednieuwe pompen die over tachtig jaar misschien ook verouderd zijn. Wie weet begint er dan wel een derde leven voor het prachtige bouwwerk. Dat zullen wij niet meer meemaken. Hopelijk staat de dieselmotor er dan nog steeds.
Met dank aan Jan Reijnen, dagelijks bestuurder van de Nederlandse Gemalenstichting. Dank ook aan de leden van het projectteam renovatie van Hoogheemraadschap van Rijnland: Wilbert van Haaster, vakspecialist elektrotechniek, en Arie Kwakernaak, senior watersysteembeheerder.
Geef een reactie