Artificiële Intelligentie speelt een belangrijke rol in het analyseren en toegankelijk maken van die collecties. Het Centrum Wiskunde & Informatica (CWI), het KNAW Humanities Cluster, de KB, het Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid, het Rijksmuseum, TNO, de Universiteit van Amsterdam en de Vrije Universiteit Amsterdam bundelen daarom hun krachten in het Cultural AI Lab.
Video: Studenten restaureren beschadigde behangselstukken van Museum Alkmaar
Al tientallen jaren herbergt het depot van Stedelijk Museum Alkmaar een bijzondere schat: een ensemble behangselstukken. Deze wandvullende schilderijen uit 1791 sierden jarenlang de eerste verdieping van een pand aan Langestraat 43 in Alkmaar. Sinds 1951 liggen de flink beschadigde behangselstukken in het depot. Gelukkig is daar nu verandering in gekomen. De set schilderingen gaat namelijk fungeren als ‘leerobject’ voor de studenten van de restauratorenopleiding van de Universiteit van Amsterdam binnen de specialisatie ‘historische binnenruimten’.
Amsterdams Erfgoed van de Week| De boeken van de stad
Deze week verschijnt Boeken voor de geleerde burgerij. De stadsbibliotheek van Amsterdam tot 1632. Deze studie van Jos Biemans handelt over de stadsboekerij in de Nieuwe Kerk, de vroegste voorloper van de huidige Universiteitsbibliotheek van de Universiteit van Amsterdam (UvA). In 1632 verhuisde de bibliotheek naar de zolder van het Atheneum Illustre, de voorloper van de UvA. Dit pand werd te klein en in 1881 werd intrek genomen in de voormalige Handboogdoelen aan het Singel, nog altijd de hoofdlocatie van de UB. In 2022 komt een nieuwe UB in een voormalig ziekenhuisgebouw op het Binnnengasthuisterrein.
Vincent van Rossem over sloop Theo Bosch-pand bij Binnengasthuisterrein Amsterdam
De UvA wil het voormalige Service & Informatiecentrum, ontworpen door Theo Bosch, op het Binnengasthuisterrein slopen en er een nieuw pand neerzetten ten behoeve van het nieuwe Universiteitskwartier (zie eerdere berichtgeving). Architectuurhistoricus en emeritus hoogleraar Vincent van Rossem begrijpt hier niets van. Het eerste plan voor het Universiteitskwartier, waarbij de monumentale panden van het Binnengasthuisterrein […]
Heemschut wil monumentenstatus voor gebouw Theo Bosch op Binnengasthuisterrein Amsterdam
Erfgoedvereniging Heemschut heeft gemeente Amsterdam gevraagd het UvA Service & Informatiecentrum, gebouwd 1993-1995 naar een ontwerp van Theo Bosch, aan te wijzen als gemeentelijk monument om te voorkomen dat het gebouw wordt gesloopt. HuisvestingsOntwikkeling van de Universiteit van Amsterdam (UvA) wil, in het kader van herontwikkeling van het Binnengasthuisterrein, het gebouw slopen om er een nieuwe onderwijsbalie neer te zetten. Volgens Heemschut is dit bouwtechnische goede en karakteristieke gebouw juist geschikt voor de nieuwe functie en is sloop zonde.
Amsterdams erfgoed van de week | Monumentaal studeren
Het nieuwe collegejaar is van start gegaan. Met meer dan 100.000 studerenden in Amsterdam staat de stad vanzelfsprekend vol met (al dan niet monumentale) onderwijsgebouwen. In wat voor panden gaan de kersverse studenten eigenlijk studeren? De Universiteit van Amsterdam (UvA) is de oudste universiteit van de stad: de geschiedenis ervan gaat terug tot 1632, toen het Athaenaum Illustre werd opgericht en zich vestigde in de Agnietenkapel, aan de Oudezijds Voorburgwal. De kapel was onderdeel van het in 1397 gestichte Agnietenklooster en dateert uit 1470. Tegenwoordig houdt de UvA in de middeleeuwse kapel promoties, oraties en symposia
“Opleiding Archeologie moet klein kunnen blijven”
De kleinschaligheid van Archeologie mag geen reden zijn tot opheffen, want met weinig studenten ontstaat juist een hoogwaardige opleiding. Dat schrijft Rients de Boer, universitair docent Archeologie aan de Universiteit van Amsterdam. Bovendien merkt De Boer dat er veel belangstelling is voor de kleine geesteswetenschappen. “Maar het financieringssysteem van de universiteiten is ingericht op een beperkte maatschappelijke groep, namelijk studenten tussen de 18 en 25 jaar. Kortom, ik pleit voor het afschaffen van het verplichte hoge ‘instellingsgeld’ voor de kleine geesteswetenschappen zodat we meer groepen kunnen bedienen en onze relevantie beter voor het voetlicht kunnen brengen.”