In bijzijn van prinses Beatrix vierde Heemschut zaterdag in Woudrichem het 111-jarig bestaan. Bij die terugblik werd ook stilgestaan bij de toekomst. Hoe ziet Karel Loeff, directeur van Heemschut, de monumentenwereld de komende jaren ontwikkelen?
‘De laatste jaren is mij persoonlijk tegen gaan staan dat het mantra in de monumentenzorg steeds het woord ‘herbestemming is’, schrijft Karel Loeff in de Mei-editie van het blad Heemschut. ‘Leegstand staat bij velen gelijk aan stilstand en stilstand betekent achteruitgang. Nu ben ik zelf al lang voorstander van meer ‘stilstaande’ plekken, gebouwen zonder functie, ruïnes die met begeleid verval de bezoeker doen wegdromen van de tijd van toen.’
Een nogal gedurfd standpunt in een land dat kampt met woningtekort en een vluchtelingenstroom. Waarom zouden we ervoor kiezen om een oud gebouw te laten vervallen, terwijl het we het ook een nieuwe functie kunnen geven of kunnen slopen voor iets anders? De redactie belt Loeff om zijn standpunt nader te verklaren.
Loeff: “In Nederland wordt alles altijd netjes opgeruimd. In het buitenland zie je veel meer ruïnes, dat kan een gebied ook charme geven. In het aardbevingsgebied in Groningen staan enorme leegstaande schuren. Als je die opruimt heb je inderdaad weer een stukje landbouwgrond of plek voor een woning, maar als je ze laat staan geef je het gebied een bepaalde aantrekkingskracht, het maakt het beeld van het gebied compleet.”
Maar, geeft Nederland nog om schoonheid of karakter? Staat bij ons het economische nut niet altijd voorop? De nieuwe generatie ziet dat misschien anders. Loeff: “Ik zie dat veel jongeren geïnteresseerd zijn in plekken die niet opgeknapt of gerestaureerd zijn. Zij zijn op zoek naar vervallen gebouwen waar zij foto’s kunnen maken, of videoclips kunnen opnemen. Maar in het aangeharkte Nederland zijn deze gebouwen nog maar nauwelijks te vinden. Zo is onlangs het ENCI-terrein in Maastricht ook alweer verkocht om her-ontwikkeld te worden. Is dat wel nodig?”
Een leeg en vervallen gebouw lijkt dus geen functie te hebben, maar die heeft het toch wel: het is een plek die inspireert.
Borgingsplan
Om meer monumenten te ‘redden van de herbestemming’, zou Heemschut willen dat de overheid gaat experimenteren met een borgingsplan. Dit plan stimuleert niet zozeer het verval van monumenten – dat zal voor veel mensen nog een stap te ver gaan – maar kan er misschien wel voor zorgen dat meer gebouwen hun originele functie behouden.
Het borgingsplan komt uit de wereld van het immaterieel erfgoed, waarbij de overheid niks garandeert en de eigenaar van het erfgoed zelf de waarde borgt. Het maakt van het borgen van erfgoed een publiek-private inspanning. Op deze manier hoopt Loeff dat meer monumenteigenaren gestimuleerd worden om na te denken over het behoud van de functie. Loeff: “Het zou toch jammer zijn als er straks niemand meer een buitenplaats bewoont en dat alle kerken zijn veranderd in musea of appartementen. De functie kan niet los gezien worden van de waarde van een gebouw.”
Gaan we in de toekomst meer behoud van functie en ‘begeleid’ verval zien? Kan Heemschut de omgang met monumenten een andere richting op duwen? Dat hebben ze in die afgelopen 111 jaar al vaker voor elkaar gekregen.
Bent u het met Karel Loeff eens? We horen uw mening graag hieronder!