Speurtocht naar verdwenen leeuwen Centraal Station

De leeuwen in hun oorspronkelijke setting

Ooit stonden er 22 grote stenen leeuwenbeelden op de spoorviaducten die deel uitmaken van het Amsterdamse Centraal Station. Er stonden er acht op de Oostertoegang, nog eens acht op de Westertoegang en zes op het spoorviaduct tegenover de Eenhoornsluis (hoek Korte Prinsengracht met Haarlemmer Houttuinen). Deze zandstenen beelden waren manshoog. Alle leeuwen hielden met hun voorpoten een wapenschild vast. Op de helft daarvan stond het Amsterdamse stadswapen, op de andere helft het Rijkswapen.

De bouw van de spoorviaducten was gereed in 1876. De bouw van het Centraal Station moest nog beginnen (1881-1889). De leeuwen stonden er dus al ruim vóórdat het stationsgebouw werd geopend.

Geen van de beelden staat nog op zijn originele standplaats. Het toegenomen treinverkeer maakte verbreding van de viaducten en spoorbanen noodzakelijk. Ze konden daarom niet blijven staan. De eerste leeuwen vertrokken al in 1904 van de Westertoegang. De laatste beelden werden weggehaald omstreeks 1969 (Oostertoegang).

De omstreden bouw van het Centraal Station in de haven
Lange tijd waren de stations Willemspoort (bij het Haarlemmerplein) en Weesperpoort het eindpunt voor treinreizigers. Als Amsterdam niet de eindbestemming was, moest men per koets van het ene station naar het andere, om daar de reis voort te zetten. Om dat op te lossen moest de spoorlijn worden doorgetrokken. Bovendien moest er één centraal treinstation komen. Over de beste plaats van zo’n centraal station werd lang gediscussieerd. Het Rijk vond de haven de meest geschikte plek. Amsterdam was het daar niet mee eens. Dat zou de stad afsnijden van haar haven en welvaart.

Rijk en Amsterdam bereiken compromis
In 1869 besloot de regering Thorbecke toch tot aanleg midden in het toen nog open IJ. Er werden drie kunstmatige eilanden aangeplempt. Daaroverheen kwam de spoorlijn. Het Centraal Station werd gebouwd op het middelste eiland (1881-1889). Om Amsterdam via het water bereikbaar te houden, werd op drie plaatsen in de spoorlijn een doorgang voor de scheepvaart gemaakt. Zo ontstonden Oostertoegang, Westertoegang en de doorgang naar de Korte Prinsengracht ter hoogte van de Haarlemmer Houttuinen. Over die waterdoorgangen werden spoorviaducten gebouwd. Voor die tijd een technisch hoogstandje.

Betekenis leeuwenbeelden
De drie spoorviaducten werden gebouwd in Oud Hollandse stijl en versierd met bordessen en vleugelgebouwen. Het ontwerp was van de architect Dolf van Gendt (1835-1901) die ook, samen met Pierre Cuypers, het Centraal Station ontwierp. Bovenop de vleugelgebouwen kwamen 22 levensgrote leeuwenbeelden. Het station was immers de moderne toegangspoort voor de reiziger tot stad en land, terwijl de spoorviaducten fungeerden als de toegangspoort voor de scheepvaart. Leeuwen met het stadswapen bewaakten de vrije doorgang voor de scheepvaart, Leeuwen met het Rijkswapen bewaakten de doorgetrokken spoorlijn.

Waar zijn de leeuwen gebleven?
Geen van de leeuwen staat nog op de spoorviaducten bij het CS. De eerste vier leeuwen verdwenen in 1904, toen de oude Westertoegang wegens ernstige verzakking werd afgebroken. Op die plaats staat sinds 1992 het Wagon-Lits gebouw (Ibis Hotel). Er kwam een nieuw viaduct 85 meter westelijker, bij de Droogbak. Daarop kwamen de leeuwen niet terug. De overige leeuwen vertrokken door modernisering van het spoor. De laatste vier verhuisden ca 1969 van de Oostertoegang naar het Beatrixpark.

Het “Genootschap Leeuwen van het CS” wil graag weten waar deze grote zandstenen beelden gebleven zijn. Van 15 van de in totaal 22 beelden is de huidige standplaats bekend. Zo staan er vier in het Amsterdamse Beatrixpark en één in een particuliere tuin aan de Schellingwouderdijk in Amsterdam Noord. Maar ook staan er twee in Elburg bij de Goorpoort, twee bij landgoed Leeuwenburg in Maarssen, één in een voortuin in Amstelveen, twee bij de Leeuwentrap in Vlissingen, twee op de toegangspoort van Automuseum Louwman in Den Haag en één in de tuin van het kasteel in Well (Amerzoden). Soms staan ze daar al langer dan ze op hun oorspronkelijke standplaats in Amsterdam hebben gestaan.

Over de “echtheid” van een leeuw in Valkeveen bij Naarden wordt nog gediscussieerd. Volgens sommigen is dit de 16e CS leeuw die is teruggevonden. Volgens anderen zou dit nooit een stationsleeuw kunnen zijn omdat het beeld er al in de 17e eeuw zou hebben gestaan. Dit wordt nog verder uitgezocht.

Naar zeven leeuwen wordt nog gezocht. Weet u waar ze zijn? Laat het ons weten. Kijk op www.leeuwencs.nl

Kunnen de leeuwenbeelden terugkeren op hun oorspronkelijke standplaats?
Alle originele standplaatsen van de leeuwenbeelden zijn ofwel gesloopt, ofwel onder de huidige sporen terecht gekomen. Er is één uitzondering: de ZW hoek van de Oostertoegang. Op deze plek bevindt zich naar alle waarschijnlijkheid, achter een in de jaren 70 aangebrachte betonnen facade, nog een origineel vleugelgebouw waarop ooit twee van de 22 leeuwen stonden. Dat is de enige plek waar leeuwen ooit nog zouden kunnen terugkeren. Mogelijk kan dit worden meegenomen in de noodzakelijke vernieuwing van de Oostertoegang, die naar verwachting ergens in de komende jaren zal plaatsvinden.

Persbericht Genootschap Leeuwen van het Centraal Station