Beschermd stadsgezicht vormt geen belemmering voor afvalcontainers

ORAC Foto: Gemeente Den Haag

De ORAC, wie kent hem niet? De Ondergrondse RestAvalContainer is tegenwoordig niet meer weg te denken uit het Nederlandse straatbeeld. Niet iedereen vindt het ding echter mooi of wil hem voor de deur hebben. Bij pogingen om de ORAC uit het straatbeeld te weren worden ook cultuurhistorische argumenten in de strijd gegooid. De Raad van State oordeelde onlangs dat ORAC’s ook in een beschermd stadsgezicht mogen worden geplaatst.

Nederlands design
Je zou het niet direct zeggen, maar de ORAC maakt eigenlijk al onderdeel uit van de Nederlandse designgeschiedenis. Het stuk stalen straatmeubilair met het rolluik werd in de jaren ’90 van de vorige eeuw geïntroduceerd om de verrommeling en onhygiënische toestanden van afvalcontainers op straat tegen te gaan. De ORAC werd ontwikkeld door hetzelfde Nederlandse bedrijf dat twintig jaar eerder de wereldberoemde Kliko-container aan ons culturele erfgoed heeft toegevoegd.

Wat we zien van de container is natuurlijk maar het topje van de ijsberg, de container zelf zit tot zo’n drie meter onder de grond. Aardige bijkomstigheid van plaatsing van ORAC’s in historische stadscentra is dat het daarbij verplichte archeologisch onderzoek regelmatig aardige vondsten oplevert.

Beschermd stadsgezicht
Een nadeel van de ORAC is dat hij overlast kan veroorzaken. Mensen die geen ORAC voor de deur willen bestrijden de plaatsing ervan tot aan de rechter. Argumenten die worden aangehaald zijn onder andere geluidshinder, te grote loopafstanden en zelfs waardedaling van een huis. Ook vindt men dat de containers het straatbeeld ontsieren.

In twee recente gevallen in Den Haag grepen bewoners het feit dat zij in een beschermd stadsgezicht woonden aan om hun procedure tegen plaatsing van ORAC’s kracht bij te zetten. Zij betoogden dat de gemeente geen rekening had gehouden met het beschermd stadsgezicht van de Archipelbuurt en van de wijk Duinzigt. De gemeente was hiervan niet onder de indruk en was van mening dat er geen sprake was van devaluatie van het straatbeeld, ook omdat er ter plaatste altijd al auto’s geparkeerd stonden. Een beetje blik extra maakte dus niet zoveel uit.

De Raad van State oordeelde in maart dat de gemeente Den Haag, gezien de beperkte gevolgen voor het straatbeeld, in redelijkheid geen doorslaggevend gewicht had hoeven toekennen aan het feit dat er sprake was van een beschermd stadsgezicht. Met andere woorden: de gemeente heeft een acceptabele afweging gemaakt tussen het belang van een openbare voorziening en het belang van het beschermd stadsgezicht. Ook had de gemeente niet de verplichting de afdeling Monumentenzorg te consulteren.

Overigens kan een gemeente bij een beschermd stadsgezicht in het bestemmingsplan regels opnemen over het uiterlijk van straatmeubilair. Dat zal voor afvalcontainers niet zo snel gebeuren. De ORAC is here to stay. Misschien wordt het ooit nog wel een designklassieker.

Voor wie de twee uitspraken wil lezen:
raadvanstate.nl
en
raadvanstate.nl

The following two tabs change content below.

Han Timmer

Han Timmer is jurist en architectuurhistoricus. Hij heeft ruime ervaring als stafmedewerker en adviseur bij de overheid. Bij de Erfgoedvereniging Heemschut zet hij zich in voor het behoud van cultureel erfgoed. Daarnaast geeft hij freelance advies op het gebied van algemeen bestuursrecht, omgevingsrecht, erfgoedrecht en architectuurhistorie. Han Timmer schrijft op persoonlijke titel.