Michaëla Hanssen gaat door in de video van de RCE over het Verdrag van Faro: “…het idee is om het erfgoed terug te geven aan de burger” .
Nou, kom maar op met Paleis het Loo, ik kies alvast mijn slaapkamer uit. Maar zo wordt het vast niet bedoeld. Paleis het Loo heeft waarschijnlijk geen 17 miljoen slaapkamers en ik wil mijn hemelbed echt niet gaan delen met nog honderden andere ‘burgers’.
Erfgoed als ‘middel’
Maar hoe dan wel? Hoe geven we erfgoed terug aan de burger? Bij deze vraag moet ik eigenlijk vooral denken aan de relletjes van de afgelopen tijd waarin mensen proberen erfgoed af te stoten of te beschermen. Ineens kwam erfgoed wel heel dicht bij de ‘burger’ te staan. Het werd een onderdeel van hun identiteit. Een gevolg van groeiende polarisering? Naar mijn idee gunde een jaar geleden niemand die heldhaftige beelden een blik waardig. Maar de afgelopen maanden vocht men aan de voetstukken van die standbeelden de strijd uit. Een strijd die volgens mij over heel wat anders gaat dan de beelden zelf. De beelden, net zoals Zwarte Piet, schilderijen met naakt en de Gouden Koets, lijken meer op mascottes. Het is erfgoed dat gebruikt wordt als middel, een middel om maatschappelijke doelen te verwezenlijken… daar komen we weer bij het Verdrag van Faro!
Wie kiest de monumenten?
En hoe zit het dichter bij (mijn) huis? Hoe geven we gebouwd erfgoed terug aan de burger? Het idee van Gertjan de Boer, beleidsmedewerker Cultuurhistorie bij gemeente De Ronde Venen, lijkt me een inspirerend voorbeeld.
Voor mijn eerste interview (ik ben gevraagd door de RCE om twaalf interviews te doen) bel ik daarom met hem. Volgens Gertjan heeft iedereen onbewust wel wat met gebouwd erfgoed. Waarom zou anders iedereen tijdens de vakantie naar historische steden gaan? Mensen zijn daar alleen niet zo bewust van. Onder andere om dat bewustzijn te vergroten, is Gertjan een project gestart waarbij hij inwoners gemeentelijke monumenten laat aanwijzen.
Identiteit lijkt ook hier een grote rol te spelen: mensen kiezen hun eigen gebouw of gebouwen uit hun eígen dorp. Wiesje, die bij het project optreed als non-professionele erfgoedkenner, vindt dat inwoners prima monumenten kunnen aanwijzen: “Wij voelen er wat bij, wíj hebben er een band mee.” Ik word een beetje bezorgd, heb ik dan als (toekomstige) architectuurhistoricus helemaal geen rol meer? Gertjan weet me gerust te stellen: “Alleen de professional weet wat mensen óók in de toekomst belangrijk gaan vinden.” Pfoee, gelukkig, dan zie ik het leven als architectuurhistoricus toch nog wel zitten.
Ik kom tot de conclusie dat erfgoed helemaal niet terug gegeven hoeft te worden aan de burger. Ieder heeft al zijn eígen mooiste gebouw, dorp of stad, zijn eígen traditie waar hij trots op is. Erfgoed is al van ons, als wij maar zelf bedenken wat dat dan is.
Groet,
Alma
Benieuwd naar het interview met Gertjan en Wiesje? Lees het hier! (en laat mij weten wat je ervan vindt :))
Ik ben ook nog steeds op zoek naar faro-gerelateerde projecten! Schroom niet om in te sturen! alma@opzoeknaarfaro.nl